menu icon menu icon
FAQ

Hoe werkt de tax shelter voor de audiovisuele sector?

Meer en beter

 

De Belgische audiovisuele sector is sinds 2003 enorm gegroeid. Dat blijkt niet alleen uit de cijfers, maar ook uit de kwaliteit van onze producties. Wie Patser! van Adil El Arbi en Bilall Fallah heeft gezien, kon al met eigen ogen vaststellen dat Vlaanderen het nieuwe Hollywood is. Maar ook andere bioscoopfilms en fictiereeksen zoals SprakeloosD’Ardennen en Tabula Rasa vallen in de smaak bij een groot publiek. We slepen met onze films steeds vaker internationale prijzen in de wacht. De Belgische animatiestudio’s worden wereldwijd geroemd en er wordt geïnvesteerd in gespecialiseerde opnamestudio’s.

 

Dit Belgische succesverhaal is niet alleen ontstaan door de rijkdom aan audiovisueel talent in ons kleine land. We hebben dit ook te danken aan enkele overheidsmaatregelen die het fiscaal aantrekkelijk maken voor bedrijven om te investeren in Belgische audiovisuele (co-)producties. We kennen dit belastingregime als de Tax Shelter.

Tax Shelter

De Belgische Tax Shelter is een fiscale stimulans voor Belgische bedrijven of bedrijven die in België gevestigd zijn om te investeren in audiovisuele producties. Omwille van het grote succes is deze ruling sinds 2017 ook uitgebreid naar de podiumkunsten waarvoor de regels grotendeels hetzelfde zijn. Vandaag beperken we ons tot de audiovisuele kant van het verhaal, meer info over de podiumkunsten volgt later.

 

De Tax Shelter bestaat al sinds 2003, maar werd in mei 2014 ingrijpend hervormd om de regels transparanter te maken, investeerders beter te beschermen en misbruik te voorkomen. Sinds 1 januari 2015 houdt een tax shelter investering geen aankoop van rechten (60%) of het toekennen van een lening (max 40%) meer in, maar bedrijven kopen nu een tax shelter attest van productiehuizen voor een welbepaalde productie. Voorafgaand aan de start van een productie wordt een raamovereenkomst opgesteld tussen het productiehuis en het investerende bedrijf. Bij ondertekening ontvangt het bedrijf een voorlopige vrijstelling van de vennootschapsbelasting van 310% van het geïnvesteerde bedrag op zijn belastbare winst voor de geldende fiscale periode. Het bedrijf heeft 3 maanden de tijd om de sommen te storten op de rekening van het productiehuis.

 

Het productiehuis engageert zich om de ontvangen sommen te besteden aan productiekosten die rechtstreeks (70%) en onrechtstreeks (max. 30%) met de productie te maken hebben en houdt zich hierbij aan een aantal bestedingsregels opgesteld door de federale overheid.

FOD Financiën controleert na oplevering van de productie (max. 18 maanden, of 24 maanden voor animatiefilms) of de tax shelter gelden correct werden besteed en rijkt in dat geval een tax shelter attest uit. Met dit attest kan het investerende bedrijf de voorlopige belastingvrijstelling omzetten in een permanente vrijstelling.

 

Concreet: stel dat een bedrijf 100 000 euro investeert in een audiovisuele productie, dan kan er 310 000 euro van de belastbare bedrijfswinst voorlopig vrijgesteld worden van de vennootschapsbelasting (33,99%). Dat levert een netto voordeel van 5,37% op, aangezien er €105 369 aan belastingen wordt bespaard (310 000 x 0,3399).

 

Bijkomend kan het productiehuis een rente uitkeren op het geïnvesteerde bedrag (4,28%) waardoor het totale netto financiële rendement voor het investerende bedrijf nog verhoogd kan worden naar 9,65%.

 

De valkuil is natuurlijk dat FOD Financiën het tax shelter-attest niet of slechts voor een gedeeltelijke som uitreikt omdat de uitgaven niet correct zijn gebeurd. Een goede opvolging van de bestedingsregels en correcte facturatie zijn dus van groot belang.

Welke productiehuizen / producties?

 

Om Tax Shelter-attesten te kunnen aanbieden als investeringsopportuniteit moet een productiehuis erkend worden door FOD Financiën. Het bedrijf moet als hoofdactiviteit audiovisuele productiesmaken. Hiervan uitgesloten zijn de Belgische of buitenlandse televisieomroepen en de productiehuizen die hieraan verbonden zijn.

 

Niet alle audiovisuele producties komen in aanmerking voor Tax Shelter fondsen. Enkel de productie en exploitatie van films, animatiefilms en documentaires bedoeld voor de bioscoop, fictieseries, films en documentaires bedoeld voor televisie en jeugd- of kinderfictie met een educatieve inhoud kunnen op deze manier investeerders aantrekken.

 

Het is dus niet zo dat een individuele audiovisuele kunstenaar aanspraak kan maken op Tax Shelter fondsen voor het creëren van een audiovisueel werk dat niet bestemd is voor commerciële exploitatie. De Tax Shelter beoogt dus geen patronaat te zijn voor kunstenaars, maar wil groei en professionalisering van de audiovisuele sector bewerkstelligen en daarmee ook jobs creëren.

 

De Tax Shelter kan gebruikt worden voor Belgische producties, maar ook voor internationale coproducties met België.

Vennootschappen ontvangen een netto belastingvoordeel én de audiovisuele sector ziet een belangrijk deel van zijn uitgaven gefinancierd. Maar ook de Belgische staat komt als winnaar uit de bus. De misgelopen inkomsten uit de vennootschapsbelasting worden ruimschoots gecompenseerd. Uitgaven die in aanmerking komen moeten immers gedaan worden in de EEG en daaruit moeten ook beroepsinkomsten voortvloeien waarop in België, onder het gewoon stelsel van aanslag, belastingen op worden betaald.

Zeer concreet betekent dit dat de lonen van werknemers en zelfstandigen (personenbelasting of belasting van niet-inwoners) of facturen van vennootschappen onderhevig aan de Belgische vennootschapsbelasting in aanmerking genomen worden voor het Tax Shelter-attest. Naast jobcreatie door groei van de audiovisuele sector wordt er dus ook gemikt op onrechtstreekse belastinginkomsten voor de Belgische staat.

Zijn Amplocontracten tax shelter proof?

Als u als productiehuis werknemers inschrijft via Amplo, is de werknemer nog steeds de uiteindelijke begunstigde van de uitgaven. Het gaat om beroepsonkosten onderhevig aan de personenbelasting die dus kwalificeren op basis van bovenstaande regels.

 

Niet alle onderdelen van de factuur van een SBK zijn uitgaven die aanmerking genomen worden voor een tax shelter-attest. Het is dus van groot belang dat de facturen correct en voldoende gedetailleerd worden opgesteld zodat er op basis hiervan een correcte inschatting kan gebeuren van de uiteindelijke waarde van het attest. Enkele belangrijke vermeldingen zijn bijvoorbeeld de identiteit en functie van de werknemer, de datums waarop de prestaties geleverd werden en de naam van de productie waaraan er werd gewerkt.

Komt de uitbetaling van onkosten voor vervoer en accommodatie aan werknemers in aanmerking? Hoe zit het met de uitbetaling van auteursrechten aan artiesten? Behoren maaltijdcheques tot de in aanmerking komende onkosten? En de terugbetaling van de kosten eigen aan de werkgever? En wat met de beheersvergoeding van het SBK zelf? Is het belangrijk dat er aparte facturen worden opgesteld voor kosten die al dan niet in aanmerking komen?

 

Als productiehuis kan u met dergelijke vragen steeds bij ons terecht. Ons tax shelterteam buigt zich  regelmatig over dergelijke kwesties en heeft voldoende ervaring opgebouwd om op bovenstaande vragen en de meeste knelpunten een antwoord te bieden. Als grootste Belgische SBK kunnen we hierin een jarenlange ervaring voorleggen. Doe daar dus gerust beroep op via uw Amploconsulent!

Toekomstmuziek?

Zoals eerder vermeld, werd omwille van het succes in de audiovisuele sector de Tax Shelter in 2017 uitgebreid naar de podiumkunsten. Intussen zijn er reeds een honderdtal aanvragen voor podiumproducties ingediend. Het is uitkijken naar de effecten die dit op deze kunstensector zal hebben. Hoe je als podiumproducent een aanvraag kan indienen, behandelen we in een volgende blogpost.

Ook in de audiovisuele sector zelf werd de regelgeving al uitgebreid. Om antwoord te kunnen bieden op de noden van de audiovisuele sector in een wereld die zich steeds meer online afspeelt werden ook Virtual Reality- en webseriestoegevoegd aan het lijstje van producties die aanspraak kunnen maken op de Tax Shelter regeling.

Met de verlaging van de vennootschapsbelasting vanaf boekjaar 2018 naar 29,58% stijgt het nettorendement voor investerende bedrijven van 9,65 naar 9,87%. Uiteraard wordt de Tax Shelter hiermee nog aantrekkelijker en wordt een nog grotere vraag van investeerders naar tax shelter-attesten verwacht. Hiertegenover staat wel dat deze succesformule intussen ook de oren van buitenlandse belanghebbenden heeft bereikt en dat er elders in Europa ook dergelijke regelingen de kop op steken. In een co-productieverhaal met België hoeft dat echter niet per se negatief te zijn.

Meer weten over de tax shelter voor de podiumkunsten?

 

Lees hier verder